De preek van Paaszondag
Hierbij de preek voor de zondag van Pasen op 4 april 2021
« Hij kwam, zag en geloofde»
De jongste leerling van Jezus, de apostel Johannes, snelde met Petrus naar het graf waarvan de vrouwen gezegd hadden dat het leeg was. Hij liep net iets sneller dan Petrus. Toch ging hij niet naar binnen. Na Petrus gaat hij naar binnen en met wat hij ziet gelooft hij. Met het zien van de zweetdoek en de lijkwade, het lege graf, de weggerolde steen, weet Johannes genoeg. Het is alsof de puzzelstukjes op hun plaats vallen.
Ieder jaar overwegen we dit bijzondere moment opnieuw, ieder jaar lezen we er het verslag van een andere evangelist bij. Ieder jaar zijn we opnieuw verrast, en zo hoort het ook! Want de Heer stond op uit de dood, alleluia! Hij die gestorven is, is verrezen zoals Hij gezegd heeft. Surrexit enim sicut dixit.
Broeders en zusters lezen we het Evangelie met de ogen van vandaag, want deze boodschap is niet een regel die is geschreven voor mensen die 2000 jaar geleden leefden. Hij die is, die was en die zal zijn voor alle eeuwen is verrezen. De alpha en de omega, begin en eind, in alle eeuwigheid. Hij gaat ons voor om ons een plaats te bereiden bij de Vader. Als alle hoop vervlogen lijkt, als Hij in het graf is gelegd en een zware steen voor de ingang is gerold, dan verrijst Hij. Dat moet ons moed geven op onze paasdag vandaag. In onze weken van lockdown, in het politieke debâcle van deze week, in de komende koude dagen met een mager zonnetje, in het bestaan dat voor velen nog steeds onzeker is, in die tijd komt Christus ons tegemoet en zegt ons: zie, Ik ben verrezen zoals Ik u zei. Onze reactie moet dezelfde zijn als de apostelen. Met de nodige terughoudendheid, maar toch breekt bij hen de vreugde door als zij met hun eigen ogen zien dat de dood niet het laatste woord heeft gehad. Met de apostelen verheugen wij ons, want de ellende heeft niet het laatste woord. Surrexit Dominus vere, alleluia!